[av_one_full first min_height=” vertical_alignment=” space=” custom_margin=” margin=’0px’ padding=’0px’ border=” border_color=” radius=’0px’ background_color=” src=” background_position=’top left’ background_repeat=’no-repeat’ animation=” mobile_breaking=” mobile_display=”]
[av_textblock size=” font_color=” color=” av-medium-font-size=” av-small-font-size=” av-mini-font-size=” admin_preview_bg=”]
Rechtsonder de minimap op je scherm kan je een menu zien. In dat menu zie je welke Pokémon er in de buurt zijn. Aan de hand van het aantal voetstapjes bij de Pokémon weet je hoe ver die van jou is. Bij 3 voetstapjes is de Pokémon in een straal van 1 kilometer, bij 2 een straal van honderd meter en bij 1 voetstapje is de Pokémon 20 meter in de buurt. Staan er geen voetstapjes dan zal de Pokémon zo meteen gaan verschijnen.
wil je weten hoe moeilijk de Pokémon te vangen is dan moet je naar de cirkel kijken die rond je Pokémon verschijnt. Is die cirkel rood dan zal de Pokémon waarschijnlijk een paar keer ontsnappen nadat je hem vangt. Een groene cirkel betekent dat je de Pokémon makkelijk zal kunnen vangen. wacht je tot de cirkel zo klein als mogelijk is vooraleer je je Poké Ball gooit om de Pokémon te vangen, dan maak je de grootste kans.
Een techniek die je kan gebruiken om je Pokémon te vangen is het gebruiken van curveballs. Daarbij zal je meer XP punten verdienen. Je gooit een curveball door je vinger een tijdje op de Poké Ball te houden tot die glinstert. Daarna gooi je de bal iets meer naar links dan je normaal gezien zou doen.
Er is ook een manier om zeker met één worp een Pokémon te vangen. Je wacht tot de Pokémon zijn specifieke ‘blijdschap teken’ doet. Van zodra je die blijdschap beseging ziet moet je gooien. Je zal hem dan zeker in 1 poging vangen.
[/av_textblock]
[/av_one_full]